Een rantsoen zonder gifstoffen uit schimmels (mycotoxinen) bestaat niet. Te hoge gehaltes kunnen wel degelijk gezondheidsschade geven, zoals bv slechte vruchtbaarheid, staartnecrose of zelfs braken. Gelukkig is de voersector goed in de weer om de gehaltes van deze gifstoffen veilig te houden.
Tóch zien we van tijd tot tijd verschijnselen bij varkens die mogelijk te maken hebben met te hoge gehaltes van mycotoxinen. Nogmaals: het is bijna uitgesloten dat dat aan één enkele levering voer ligt. Echter, jarenlange blootstelling van zeugen aan de bekende mycotoxinen zou misschien wél tot problemen kunnen leiden. Ook relatief onbekende mycotoxinen zoals enniatine varianten en tenuazonzuur zouden opgeteld bij de bekende mycotoxinen als DON tóch wel eens tot zichtbare schade kunnen leiden. Dit is een lastig probleem om in kaart te brengen en oorzaak en gevolg met elkaar in verband te brengen.
Om meer kennis hierover te verkrijgen, zijn we een samenwerking aangegaan met Innovad.
Zo werd onder meer van 15 probleembiggen een druppel bloed afgenomen en getest op een groot aantal mycotoxinen. In de grafiek is te zien dat er meerdere mycotoxinen circulerend in het bloed worden aangetoond, waaronder een aantal “moderate” uitslagen van DON, Tenuazonic acid en Enniatin B.
Uitslagen van onderzoek op mycotoxines in het bloed van jonge biggen.
Tips:
- Laat bij aanvullende diervoeders (bijvoorbeeld ccm uit de kuil) altijd de mycotoxinen checken en realiseer je dat hotspots van besmettingen van een opslag gemist kunnen worden bij het bemonsteren.
- Zorg dat voersilo’s regelmatig leeg komen en check dan de inhoud en reinig! Ook voerleidingen en voerstations kunnen besmet raken.
- Bespreek met de voeradviseur wat hij/zij als grootste risico ziet en wat daaraan gedaan kan worden. Bespreek welke mycotoxinenbinder en welke hoeveelheid wordt toegevoegd en vraag zo nu en dan om een prop-shot mee te geven.
Bij twijfel: laat druppels bloed afnemen van afwijkende dieren door uw varkensarts!
